Beroep paardenfokker

Paardenfokkers houden toezicht op het fokken en de dagelijkse verzorging van paarden. Zij zorgen voor de gezondheid en het welzijn van paarden.

Persoonlijkheidstypen

• Realistisch / Onderzoekend

Kennis

• Wetgeving op het gebied van dierenwelzijn

  De wettelijke grenzen, gedragscodes, nationale en EU-regelgevingskaders en wettelijke procedures voor het werken met dieren en levende organismen, ter waarborging van hun welzijn en gezondheid.

• Soorten vee

  Soorten vee en relevante genetica.

• Tekenen van ziekte bij dieren

  Fysieke, gedrags- en milieugerelateerde tekenen van gezondheid en ziekte bij verschillende dieren.

• Voortplanting van vee

  Begrip van natuurlijke en kunstmatige voortplantingstechnieken, draagtijden en het geboorteproces bij vee. Kennis van het op humane wijze vernietigen van de betrokken dieren in overeenstemming met de nationale wetgeving.

• Voeden van vee

  Levensmiddelen die in de veehouderij aan huisdieren worden toegediend. 

• Gebitsaandoeningen bij paarden

  Preventie, diagnose en behandeling van tandziekten bij paarden.

• Diervoeding

  Aspecten van de wijze waarop verschillende soorten dieren worden gevoed en gedrenkt. De verschillende soorten diervoeders, de kwaliteitscriteria voor diervoeding en methoden voor het voederen en drenken van dieren.

• Gezondheids- en veiligheidsvoorschriften

  Noodzakelijke gezondheids-, veiligheids-, hygiëne- en milieunormen en wettelijke regels in de sector van een specifieke activiteit.

Vaardigheden

• Dierenverslagen opstellen

  Het opstellen van dierbestanden volgens relevante informatie uit de sector en het gebruik van passende systemen voor het bijhouden van gegevens.

• Behandelingen toedienen aan dieren

  Uitvoeren van diergeneeskundige ingrepen, met inbegrip van de uitgevoerde behandelingen, gebruikte geneesmiddelen en de beoordeling van de gezondheidstoestand.

• Helpen bij de geboorte van dieren

  Helpen bij de geboorte van dieren en zorgen voor het pasgeboren dier.

• Dode dieren afvoeren

  Dode dieren die niet als een bron van vlees worden beschouwd respectvol afvoeren. Het dier begraven of cremeren op basis van de wensen van de eigenaars of op basis van andere criteria.

• Zorgen voor jonge dieren

  De behoeften van het kroost en de jonge dieren beoordelen. Passende maatregelen nemen in geval van problemen met de gezondheid van het kroost of de jonge dieren.

• Vee selecteren

  Merken, sorteren en scheiden van dieren op doel en bestemming, rekening houdend met de conditie van het dier en de toepasselijke wetgeving

• Dierenhygiëne beheren

  Passende hygiënemaatregelen plannen en gebruiken om de overdracht van ziekten te voorkomen en een goede algemene hygiëne te garanderen. De hygiënische procedures en voorschriften bij het werken met dieren in stand houden en volgen, de controles en protocollen op het gebied van de hygiëne van de locatie aan anderen meedelen. De veilige verwijdering van afvalstoffen overeenkomstig de bestemming en de plaatselijke regelgeving beheren.

• Professionele gegevens bijhouden

  Het opstellen en bijhouden van gegevens over verrichte werkzaamheden.

• Eerste hulp bieden aan dieren

  Toedienen van een spoedbehandeling om verslechtering van de aandoening, het lijden en de pijn te voorkomen totdat er een beroep op de diergeneeskundige bijstand kan worden gedaan. Voorafgaand aan de eerste hulp van een dierenarts moet een basisbehandeling worden uitgevoerd door niet-dierenartsen. Van niet-dierenartsen die een spoedbehandeling aanbieden, wordt verwacht dat zij zo spoedig mogelijk behandeling door een dierenarts zoeken.

• Specifieke medicatie toedienen om fokken te vergemakkelijken

  Specifieke medicatie aan dieren toedienen voor de synchronisatie van fokcycli, in overeenstemming met de instructies van de dierenarts en de eigenaar. Dit omvat onder meer het veilig gebruik en de veilige opslag van medicijnen en apparatuur en het bijhouden van gegevens.

• Bioveiligheid van dieren beheren

  Passende bioveiligheidsmaatregelen plannen en gebruiken om overdracht van ziekten te voorkomen en te zorgen voor een effectieve algehele bioveiligheid. Bioveiligheidsprocedures en infectiebestrijding handhaven en volgen bij het werken met dieren, mogelijke gezondheidsproblemen herkennen en passende maatregelen nemen, interne hygiënemaatregelen en bioveiligheidsprocedures meedelen, en rapporteren aan anderen.

• Welzijn van dieren controleren

  De fysieke conditie en het gedrag van de dieren in het oog houden en eventuele problemen of onverwachte veranderingen melden, met inbegrip van tekenen van gezondheid of slechte gezondheid, het uiterlijk, de staat van de huisvesting van de dieren, de inname van voedsel en water en de omgevingsomstandigheden.

• Vee voeren

  Bereken de voederrantsoenen voor alle fasen van de groei en bereid, verdeel en controleer de kwaliteit van het veevoer

• Paarden trainen

  Optuigen, kleden en trainen van paarden volgens de verstrekte instructies. Rekening houden met de leeftijd en het ras van het paard en met de voorbereiding daarvan.

• Vee controleren

  De productie en het welzijn van het vee monitoren en registreren.

• Voeding geven aan dieren

  Voedsel en water aan dieren geven. Dit omvat het bereiden van voedsel en water voor dieren en het rapporteren van eventuele veranderingen in de eet- of drinkgewoonten van dieren.

• Dierenverblijven onderhouden

  Ervoor zorgen dat dierenleefruimten zoals habitats, terraria, kooien of kennels in adequate en hygiënische staat zijn. De leefruimte schoonmaken en zo nodig een nieuw strooisel ter beschikking te stellen.

• Paardenfokkerij beheren

  Een geschikte omgeving voor het fokken van paarden beheren. Geschikte leefgebieden voor specifieke soorten paarden selecteren en voorbereiden. De groei en de gezondheid van het paard controleren en zorgen voor een correcte voeding. Bepalen wanneer de paarden klaar zijn voor handel, opleiding of andere doeleinden.

• Helpen bij het vervoer van dieren

  Assisteer bij het vervoer van dieren, met inbegrip van het laden en lossen van dieren, de voorbereiding van het transportvoertuig en het in stand houden van het welzijn van het dier gedurende het gehele transportproces.

• Gezondheid en welzijn van vee beheren

  De huidige gezondheidstoestand van uw vee beoordelen. Enige bestaande ziekte of aandoening beheren, met inbegrip van de vereisten voor het isoleren van het vee. Een plan voor de gezondheid en het welzijn van het vee plannen en beheren, met inbegrip van duidelijk omschreven doelstellingen, en in voorkomend geval overleg plegen met specialisten/adviseurs. Nauw samenwerken met de dierenarts en andere gespecialiseerde consultants/adviseurs.

• Paardeneigenaars advies geven over hoefverzorging

  Met de verantwoordelijke persoon de eisen van de hoefverzorger en de hoefverzorging van de paarden bespreken.

• Beweging van dieren controleren

  Sturen, regelen of beperken van bewegingen van een dier of een groep dieren.

• Vee beheren

  Beheren van productieprogramma's, geboorteplannen, verkoop, inkooporders, materialen, apparatuur, huisvesting, locatie- en veebeheer. Beheren van de vernietiging van de betrokken dieren op humane wijze en in overeenstemming met de nationale wetgeving. Volgen van de zakelijke eisen en de integratie in kwalitatief onderzoek en kennisoverdracht.

• Boerderij-apparatuur gebruiken

  Toezicht houden op de goede werking van de landbouwapparatuur, waaronder hogedrukreinigingsapparatuur, verwarming of airconditioning, en de temperatuur van de gebouwen bewaken. Ervoor zorgen dat tractoren en andere voertuigen soepel lopen. Interpreteren van de instructies van computerprogramma's en eenvoudige handelingen rapporteren.

Optionele kennis en vaardigheden

Source: Sisyphus ODB