Archetypen

In het collectieve bewustzijn huizen, aldus Carl Jung, zogenaamde archetypen. Archetypen zijn instinctieve herinneringsbeelden aan personen met een bepaald gedragsrepertoire, die mensen helpen overleven. Archetypen zouden al vanaf de geboorte aanwezig zijn in onze geest. Ze liggen klaar om ‘opgewekt’ te worden, naar gelang de situatie. Wordt een vrouw bijvoorbeeld zwanger, dan wordt onbewust het Moeder-archetype geactiveerd, dat ervoor zorgt dat ze haar kind instinctief verzorgt en koestert. Alhoewel archetypen hun invloed dus onbewust uitoefenen, komen ze zichtbaar tot uiting in gedrag.

Er vallen honderden archetypen te onderscheiden, de bekendste zijn:

  • De Schaduw - Dit archetype staat voor het duistere deel van je geest. Het is gericht op de directe bevrediging van behoeften.
  • De Persona - Dit archetype staat voor je ‘publieke’ zelf. De Persona fungeert als een sociaal masker: het zorgt dat je een goede indruk maakt, en je gedraagt volgens de regels van het sociale verkeer.
  • Het Zelf - Dit archetype weerspiegelt je authentieke zelf. Het helpt je om jezelf te ontwikkelen tot degene die je in potentie bent.
  • Animus - Dit archetype weerspiegelt de mannelijke aspecten in de psyche van de vrouw.
  • Anima - Dit archetype staat voor de vrouwelijke aspecten in de psyche van de man.

Jung’s ideeën over archetypen hebben vooral veel invloed gehad buiten de psychologie, in de literatuur en kunst. Wetenschappers nemen ze echter niet serieus, omdat het bestaan van archetypen niet te bewijzen is.

Lees verder over de trekkentheorie van Raymond Catell en Hans Eysenck.